De toegankelijkheid van bus- en tramhaltes in Rotterdam blijft de komende jaren in 17 van de 333 situaties een groot probleem. Het toegankelijk maken van deze tramhaltelocaties is niet mogelijk zonder een grootschalige aanpak van de directe omgeving. 

Dit betreft de tramhaltelocaties De Montignyplein (2), Bergse Dorpsstraat (2), Bergse Plaslaan (2), CNA Looslaan (2), Lommerrijk (2), Kootsekade (Straatweg, 2), Kootsekade (Kleiweg, 2), Station Noord (2) en één tramhalteperron aan het Eendrachtsplein (halte Mauritsweg-Nieuwe Binnenweg, 1).

De overige 12 tramhalteperrons kunnen definitief niet toegankelijk gemaakt worden. Dit betreft de tramhaltelocaties Burgemeester van Kempensingel (1), Carnisselande (1), De Esch (1), Woudestein (1), Kreekhuizenlaan (1), Limbrichthoek (1), Mathenesserlaan (2), Spartastraat (1), Willemsplein (1) en het Zwaanhals (2).

Met uitzondering van het Zwaanshals liggen deze tramhalteperrons aan een keerlus (of boog). Er zijn nog drie bushaltes niet toegankelijk. Daarvoor loopt een haalbaarheidsonderzoek. Deze drie haltes liggen in de directe omgeving van de Kuip en het is daar beleid om niet met stoeptegels te werken (vanwege de veiligheid rond wedstrijden). Alles is in deze omgeving geasfalteerd, ook de stoepen.

Onder ‘toegankelijk’ wordt hierbij verstaan: opgehoogd en voorzien van een geleidestrook voor blinden en slechtzienden. Een deel van de tram- en bushaltes is daarnaast uitgerust met een paneel waarop dynamische reisinformatie wordt getoond. Een groot deel van deze panelen is uitgerust met een drukknop waarmee men het vertrek van de eerstvolgende bus of tram kan laten uitspreken.